Let op: dit artikel staat nog niet op het openbare deel van onze website en is nog niet voor publicatie geschikt. Niet alle feiten zijn geverifieerd en het artikel is nog niet af.

De Historie van Quaedvlieg Juristen (en HJC)

Het Haags Juristen College en de dienstplicht

Ergens in het voorjaar van 1984 besluiten de twee dan nog jonge rechtenstudenten Olaf Strasters en Ruud van Dijk dat zij hun dan inmiddels verworven kennis en vaardigheden in de praktijk willen gaan brengen om een in hun ogen groot onrecht, de militaire dienst- en opkomstplicht, zij zijn daar beiden zelf slachtoffer van geweest, aan te pakken door die met gebruikmaking van alle binnen het kader van de wet toegestane juridische instrumenten zoveel mogelijk te frustreren, onuitvoerbaar te maken en uiteindelijk van draagvlak in de samenleving te ontdoen.

Om aan dat besluit vorm te geven richten zij de stichting Haags Juristen Kollektief op die later zal worden omgedoopt in stichting Haags Juristen College. Vanuit het Haags Juristen College helpen zij rond de 6000 dienstplichtigen aan de opkomstplicht te ontkomen. Er worden kamervragen gesteld over dit, in de ogen van een aantal kamerleden, oneigenlijk gebruik van de bepalingen uit de dienstplichtwet en de wet gewetensbezwaren militaire dienst. Ruud van Dijk verschijnt naar aanleiding daarvan met regelmaat in verschillende Radio en TV uitzendingen, gaat daarbij in een uitzending discussie met ondermeer de directeur van het bureau dienstplichtzaken van het Ministerie van Defensie de drs.P. Hermans en het CDA kamerlid Ton Frinkink. Ton Frinkink doet kort daarna een voorstel de opkomstplicht af te schaffen, ook doen de landelijke dagbladen in talrijke artikelen verslag over de werkwijze van het HJC. Omdat de clienten van het HJC niet door het pacifistisch gedachtengoed worden gedreven maar zich vaak wel beroepen op de wet gewetensbezwaren worden zij door de Vereniging van Dienstweigeraars, de VVDM spottend weigeryuppen genoemd. Een geuzennaam die het HJC graag overneemt en die daarna zelfs in de Dikke van Dale wordt opgenomen.

De belastingdienst komt in beeld.

Medio 1995 nemen de spanningen tussen het HJC en de overheid dusdanig grimmige vormen aan dat voor het eerst een geschil tussen HJC en de belastingdienst ontstaat. HJC brengt de dienstplichtigen die zij bijstaat voor haar werkzaamheden geen kosten in rekening maar vraagt hen wel uitdrukkelijk, maar zonder enige verplichting, donateur van de stichting te worden. Hoewel er daardoor een grote overlap is tussen clienten en donateurs worden beide administraties op geen enkele wijze gekoppeld. Veel dienstplichtigen blijven ook lang nadat zij hun definitieve vrijstelling op zak hebben doneren, een andere groep beschikt kennelijk eenvoudigweg niet over de middellen om donateur te worden. Op de dienstverlening door HJC heeft dat geen enkele invloed. De hulpverleners hebben geen inzicht in de administratie van de donateurs.

De belastingdienst stelde echter, ondanks dat van een onderneming of dienstverlening tegen betaling duidelijk geen sprake was, dat vennootschapsbelasting en BTW werd ontdoken. Bankrekeningen en voertuigen van het HJC maar ook prive van Strasters en van van Dijk, werden in beslag genomen. Het geschil lijkt onoplosbaar maar de belastingdienst neemt geen definitief besluit op grond waarvan HJC het geschil aan de onafhankelijke rechter zou kunnen voorleggen.

Eind 1996 wordt besloten per 1 mei 1997 de opkomstplicht af te schaffen en is er voor de overheid kennelijk geen reden meer het HJC verder onder druk te zetten. De belastingdienst komt met een schikkingsvoorstel voor van Dijk, Strasters en de stichting om, zogezegd, je vingers bij af te likken. In de vriendelijke gesprekken met de belastingambtenaren die bij het formaliseren van dat fiscaal compromis volgen wordt de hele gang van zaken nog eens besproken. De betreffende belastingambtenaren erkennen in dat gesprek dat de nogal rigoreuze maatregelen die zij hadden moeten treffen van hogerhand waren opgedragen en dat zij die zelf ook niet als proportioneel hadden ervaren. Van Dijk gaf in dat gesprek aan, dat volgens een bekende vaderlandse filosoof, elk nadeel zijn voordeel heb en dat de gang van zaken hem inmiddels voldoende inspriratie had gegeven om, nu de opkomstplicht werd afgeschaft met het HJC verder te gaan om een ander door overheid legitiem gepleegd onrecht aan te pakken.

Belasting is Diefstal

Zoals de doodstraf moord is, zoals de dienstplicht dwangarbeid is, zo is belasting diefstal. Mooie eufemismen voor misdaden die de staat, binnen het raamwerk van de wet en de grondwet begaat. De enige legitieme manier om daar het gevecht tegen aan te gaan is dus binnen het raamwerk van die zelfde wet en grondwet en dat is precies wat het HJC zich vanaf dan ten doel stelt. Zoals zij dat heeft gedaan ten behoeve van dienstplichtigen nu ten behoeve van tot belastingplichtigen de uitvoering van de belastingwetten met gebruikmaking van alle toegestane juridische instrumenten zoveel mogelijk frustreren, onuitvoerbaar maken en uiteindelijk van draagvlak in de samenleving ontdoen.

Met gebruikmaking van Engelse vennootschappen en vennootschapsstructuren onwikkeld HJC een aantal gestandaardiseerde vennootschapsrechtelijke produkten waarmee het het midden en kleinbedrijf en particulieren met een bescheiden vermogen mogelijk maakt met gebruikmaking van de methoden en technieken die tot dan alleen voor multinationale ondernemingen en zeer vermogende particulieren bereikbaar leken op strikt legale wijze geheel of gedeeltelijk aan de greep van de Nederlandse belastingdienst te ontkomen.

Wet formeel buitenlandse vennootschappen en het Inspire Art arrest

En weer kwamen er "spontaan" perspublicaties en kamervragen wat uiteindelijk op 17 december 1997 resulteert in de wet op de formeel buitenlandse vennootschappen. Als gevolg van die wet konden de Engelse Limiteds die HJC in de door haar aangeboden structuren gebruikt niet meer, althans niet meer effectief op de door HJC gewenste manier in Nederland bij de Kamer van Koophandel worden ingeschreven. HJC komt met een tweeledig antwoord, in samenwerking met de Kamer van Koophandel in Groningen wordt een proefproces uitgelokt bij het Europees hof over de rechtmatigheid van die wet daarnaast introduceert HJC de Euro-BV, een combinatie van een Engelse Limited met een Nederlandse Commanditaire vennootschap die ondanks de wet op de formeel buitenlandse vennootschappen wel probleemloos bij de Nederlandse Kamer van Koophandel kan worden ingeschreven.

Ook de Engelse en de Deense overheid gaven hun visie in het geding bij het Europees hof en oordeelden samen met de Advocaat Generaal dat de client van HJC in het gelijk gesteld diende te worden. Het was volstrekt duidelijk dat de client van HJC en het HJC, in het gelijk gesteld zouden worden. De betreffende client had echter op dat moment zijn onderneming al feitelijk gestaakt maar hield die, op verzoek van HJC in verband met de procedure, wel in stand. Echter kort voordat het Europees Hof met een uitspraak zou komen werd de betreffende client benaderd door de belastingdienst met het dringende advies de onderneming uit te schrijven. Gevolg was dat hij dit deed en dat het Europees Hof de zaak niet ontvankelijk moest verklaren omdat de belanghebbende partij was opgehouden te bestaan en er dus geen belang meer was. Het HJC moest de hele procedure opnieuw in gang zetten waardoor het nog tot 30 December 2003 zou duren voordat het HJC door het Europees Hof uiteindelijk ook formeel volledig in het gelijk zou worden gesteld, hetgeen resulteerde in het Inspire Art Arest (zaak C-167/01).

HJC wordt QJ

Inmiddels is Toinne Manders als medewerker van het Haags Juristen College zeer betrokken geraakt bij het reilen en zeilen van de stichting en wil graag een meer activistische koers gaan varen. Strasters en van Dijk kiezen voor een in hun ogen meer solide en gematigde koers. Manders gaat verder als Haags Juristen College en verhuist naar een nieuw kantoor op landgoed Marlot, van Dijk en Strasters gaan verder onder de naam Quaedvlieg Juristen, vernoemd naar de Limburgse familie van Juristen en Notarissen Quaedvlieg, van Dijk is een kleinzoon van de laatste Notaris Quaedvlieg. Quaedvlieg Juristen blijft gevestigd in het bekende pand aan de Laan van Meerdervoor 415 in Den Haag.

Met Het Haags Juristen College gaat het kort daarna niet goed, Manders die al had aangekondigd, activistiser te willen werken voegt de daad bij het woord en besluit op BNR nieuwsradio te adverteren met een reclamespot die begint met de tekst "Belasting is Diefstal". De reclame code commisie oordeelt eerst "naar aanleiding van klachten" dat de spot beledigend zou zijn voor mensen die braaf hun belasting betalen. Manders gaat in beroep, krijgt gelijk dat dat onzin is, de reclame code commissie veranderd de motivering, de spot is in strijd met de waarheid, belasting is immers bij wet geregeld en dus geen diefstal.

Een "reguliere" belastingcontrolle bij HJC

Of er enig verband is zal waarschijnlijk nooit vast komen te staan, maar HJC krijgt heel toevallig kort daarna opnieuw te maken met een "reguliere" belastingcontrolle, de belastingdienst beweerd onregelmatigheden te constateren en legt ambtshalve aanslagen op en vraagt bovendien het faillissement van HJC aan. Toinne Manders wordt met veel bombarie op Cypres gearresteerd wegens belastingontduiking, zit 6 maanden in uitleverings en voorarrest en is gedurende ruim 5 jaar verwikkeld in een slopende strafprocedure. Uiteindelijk blijft er van alle beschuldigingen geen spaan heel en worden hij en zijn medeverdachten door het gerechtshof in Den Haag volledig vrijgesproken.

Zijn onderneming is stuk maar politiek legt het Manders geen windeieren, zijn ondervraging bij de parlementaire commissie "fiscale constructies" door, en discussie met, Renske Leyten, inderdaad dezelfde die zoveel goeds heeft gedaan voor de toeslagenouders, gaat viraal en al met al mag Toinne zich politiek een min of meer bekende Nederlander noemen. Toinne, ooit voorzitter van de Libertarische partij, was bij de laatste verkiezingen verkiesbaar op de lijst van BVNL.

Beleidsplan aanpak Euro-BV

Quaedvlieg Juristen lijkt vooralsnog met rust gelaten te worden, het kantoor maakt, net als Manders van haar opvattingen geen geheim maar roept dat wat minder hard van de daken. Het lijkt duidelijk, de vennootschappen en structuren die Quaedvlieg Juristen aanbied zijn nu, behalve dat ze al een aantal keren door de Nederlandse belastingrechter als legitiem en toelaatbaar zijn beoordeeld en door het Europees Hof niet alleen als toelaatbaar en legitiem beoordeeld maar het Hof voegt er zelfs ongevraagd een kantekening aan toe dat het nou juist de bedoeling van de Europeese wetgever is, dat ondernemers uit verschillende lidstaten op gelijk niveau met elkaar kunnen concureren ook als dat betekend dat een ondernemer uit de lidstaat A denkt beter af te zijn met een vennootschapsstructuur uit lidtaat B.

Onaangenaam waren de mensen van Quaedvlieg Juristen dan ook verrast toen zij, voornamelijk van clienten uit de regio Amsterdam, te horen kregen dat de Belastingdienst Amsterdam hen met vragen bestookte die in redelijkheid niet konden bijdragen aan het vaststellen van de belastingaanslag om vervolgens in een gesprek te horen te krijgen dat als zij de structuur zouden opheffen zij geen naheffingen zouden krijgen en door de belastingdienst als plichtsgetrouwe ondernemer zouden worden aangemerkt. De belastingdienst vertelde er niet bij dat zij dat hoe dan ook behoren te doen totdat het tegendeel blijkt en dat er voor een naheffing sowieso geen aanleiding was. Ook kregen "Amsterdamse" clienten van Quaedvlieg in diezelfde tijd een uitnodiging van de Kamer van Koophandel Amsterdam om een voorlichtings-bijeenkomst over de Euro-BV en de Engelse Limited bij te wonen. Reden voor Quaedvlieg Juristen om contact op te nemen met die Kamer van Koophandel en aan te bieden medewerking aan die bijeenkomsten te verlenen omdat Quaedvlieg Juristen over veel kennis en know how betreffende die vennootschapsvormen in huis heeft en van clienten had begrepen dat de voorlichting nogal eenzijdig was.

Objectieve voorlichting door de belastingdienst

Toen zowel de Kamer als de belastingdienst lieten weten dat de medewerking van Quaedvlieg Juristen niet op prijs werd gesteld en Quaedvlieg merkte dat "de voorlichting" gewoon doorging en de clienten van Quaedvlieg daarmee op het verkeerde been werden gezet, diende Quaedvlieg Juristen een verzoek in op basis van de (WOB) Wet Openbaarheid van Bestuur. Uit de daaropvolgende procedure kwam naar voren dat het Ministerie van Financien een beleidsplan aanpak Euro-BV had opgesteld waarin ondermeer het plan voor "de voorlichting" wordt gesmeedt maar ook, en nog veel kwalijker hoe ingestoken kan worden de aanbieders van de, door het Europees Hof als volstrekt legaal en zelfs wenselijk bevonden vennootschappen, langs fiscale, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke weg aan te pakken. Op dat moment is er dus geen enkele verdenking van een strafbaar feit, het onjuist doen van belastingaangifte of overtreding van bestuursrechtelijk te handhaven wetgeving. Het lijkt of er gezocht moet worden naar wat er geconstrueerd kan worden.

Een "reguliere" belastingcontrolle bij Quadvlieg

Februari 2009 belt de belastingdienst Quaedvlieg Juristen op om ten behoeve van een “reguliere belastingcontrole” een afspraak te maken. Quaedvlieg Juristen heeft sedert haar oprichting al een aantal controles gehad en alles blijkt altijd prima in orde.

April 2009 vangt de controle aan, de precieze werkwijze van QJ wordt besproken de boeken en de digitale bestanden worden ter beschikking gesteld.

Rond dezelfde tijd krijgt ook DJ&M Corporate Services, de Engelse zustermaatschappij van Quaedvlieg Juristen in Engeland aangifte formulieren toegezonden door de NL belastingdienst.

Kort daarna krijgt DJ&M ondanks dat met de Engelse overheid duidelijke afspraken zijn gemaakt, een aantal “curieuze”vragen van de Britse belastingdienst. DJ&M is formeel compagnie formation agent bij het britse handelsregister en heeft daar verschillende accounts lopen, alle transacties van DJ&M zijn gekoppeld aan vennootschappen van de cliënten van DJ&M en gelet op de aard van de activiteiten behoord het “buiten de boeken houden” van omzet zelfs als je dat zou willen evident niet tot de mogelijkheden, ook zijn met de Engelse belastingdienst afspraken gemaakt, zowel ten behoeve van de cliënten van DJ&M als met betrekking tot DJ&M zelf.

Een "regulier" onderzoek van De Nederlandse Bank

Zuiver toeval natuurlijk of misschien ook niet helemaal toevallig maar eveneens in 2009 belt de Nederlandse Bank (DNB) met Quaedvlieg om een afspraak te maken om te bezien of QJ mogelijk de Wet Financieel Toezicht of de Wet Toezicht Trustkantoren overtreed door zonder vergunning trustdiensten, namelijk het verkopen van vennootschappen te verrichten.

In de loop van het jaar 2010 worden door de Nederlandse belastingdienst ellenlange lijsten met vragen toegestuurd aan zowel van Dijk en Strasters privé, DJ&M als Quaedvlieg Juristen, de vragen worden altijd ruim binnen de gestelde termijn beantwoord waarop dan telkens een nieuwe lijst met aanvullende vragen wordt toegezonden die weer iets langer is dan de voorgaande. De langste vragenlijst in die reeks bevatte 525 vragen en deel vragen, per vraag werd daarbij vaak ook nog eens verzocht bewijsmiddelen of ander documenten toe te voegen. Alle vragen worden telkens tijdig beantwoord.

Zonder enig voorafgaand formeel dispuut is er op 10 December 2010 een eerst inval bij Quaedvlieg Juristen op kantoor, gelijktijdig valt de Fiod ook in bij Strasters thuis en in het appartement dat de partner van van Dijk dan nog in Scheveningen aanhoudt, alle aangetroffen voertuigen worden in beslag genomen en er wordt € 108.000,- beslagen op de zakelijke rekening van QJ. Er worden BTWCaanslagen uitgereikt voor in totaal een bedrag van €750,000- Nadat toch wel erg duidelijk wordt dat Quaedvlieg geen BTW verschuldigd kan zijn omdat op haar activiteiten het 0 tarief op van toepassing is worden die aanslagen snel weer ingetrokken maar wel onmiddelijk vervangen door aanslagen vennootschapsbelasting. De redenering achter de aanslagen BTW was dat QJ feitelijk niet de vennootschappen van DJ&M verkoopt maar deze voor haar cliënten opricht en daarmee dus een BTW belaste dienst levert, terwijl de verkoop van vennootschappen is vrijgesteld van BTW. QJ maakt bezwaar, ter voorkoming van verdere beslagen wordt een afbetalingsregeling van €7500,- per mnd. overeengekomen plus nakomen lopende verplichtingen conform de door QJ bestreden visie van de Belastingdienst, de gedachte hierachter is dat Quaedvlieg ongestoord verder kan werken terwijl de bezwaarprocedures kunnen worden afgewikkeld en de door de belastingdienst gepretendeerde vordering niet oploopt.

Een Bentley, een Rolls Royce, 2 BMW's en een antieke Honda voor €40.000

Hoewel QJ aangeeft de voertuigen graag vrijgemaakt te zien en daarvoor voordat deze fysiek worden teruggegeven zekerheid willen stellen, stelt de belastingdienst dat niet af te kunnen wachten, de voertuigen worden verkocht voor in totaal nog geen € 40.000,- Alleen al de klassieke Bentley (1948) van Olaf Strasters nog geen jaar daarvoor aangekocht voor € 47500,-

Begin 2011 legt De Nederlandse Bank Quaedvlieg Juristen een boete op van €350.000,- wegen overtreding van de Wet Toezicht Trustkantoren. Vleij krijgt privé een boete van €15.000,- De redenering achter deze boetes is precies de omgekeerde redenering van de redenering die de belastingdienst volgt bij het opleggen van de aanslagen BTW. DNB stelt dat Quaedvlieg Juristen geen vennootschappen in opdracht van haar cliënten opricht maar al opgerichte vennootschappen verkoopt, het oprichten van een vennootschap valt namelijk niet onder de wet toezicht trustkantoren, het verkopen van vennootschappen wel.

Zowel DNB als de Belastingdienst vallen onder het ministerie van Financiën en materieel maakt het nauwelijks uit of er wordt opgericht of verkocht, de mate van toezicht blijft gelijk en als er al BTW zou moeten worden gerekend, quod non, dan kan die door de cliënt in vrijwel alle gevallen weer even vrolijk worden terug gevraagd of afgetrokken.

Leugentje in Luxemburg

Medio 2011, wordt bij van Dijk privé uit het niets, een aanslag IB opgelegd en enkele dagen later wordt voor een bedrag van € 70.000,- op de Luxemburgse bankrekening van van Dijk beslag gelegd. In het kader van het Benelux invorderingsverdrag mag beslag gelegd worden op bankrekeningen wanneer er geen rechtsmiddel meer tegen de titel op grond waarvan dat beslag wordt gelegd open staat. Het bezwaar was op het moment van de beslaglegging echter al ingediend en ontvankelijk verklaard. Bij het verzoek van de Nederlandse belastingdienst aan de Luxemburgse autoriteiten om beslag op de bankrekening van van Dijk te leggen heeft de Nederlandse ontvanger zijn Luxemburgse College dus kennelijk een onjuiste of onvolledige voorstelling van zaken gegeven. Uit de documenten blijkt dat “vergeten” is een vakje aan kruisen waarmee aangegeven had moeten worden dat er tegen de aanslag nog een rechtsmiddel open stond.

De Cel in

In oktober 2011 komt van Dijk naar Nederland, de planning is om op 14 November weer naar Servië te vertrekken. Op 9 november 2011 wordt van Dijk om 7.30 in het appartement van zijn partner in Scheveningen door de Fiod aangehouden en worden op verschillende plaatsen huiszoekingen gehouden.

Na ruim drie en een halve maand, zoals later zou blijken onschuldig, in de penetintarire inrichting de Geniepoort in Alphen aan de Rijn te hebben doorgebracht, de officier van justitie beweert van Dijk vluchtgevaarlijk te vinden waardoor van Dijk zijn proces niet, zoals veel dieven en geweldplegers dat wel mogen, in vrijheid mag afwachten, mag van Dijk op 1 maart 2012 na betaling van een borgsom van € 330.000,- het vluchtgevaar lijkt dan plots verdwenen, naar huis, doordat van Dijk onverwachts 4 maanden niet naar zijn huis in Engeland kan is zijn bedrijf DJ&M corporate services Ltd. dan inmiddels ter ziele.

Geluk bij een ongeluk

In overleg met de IT man van DJ&M en QJ heeft Sjoerd Vleij, die dan nog een managagement functie bij Quaedvlieg Juristen vervult met gebruikmaking van de database van DJ&M de werkzaamheden die DJ&M ic.werkzaamheden die van Dijk normaliter uitvoerde, ondergebracht in QCS Ltd. Als niet door puur toeval de hele database van DJ&M in handen van de IT man zou zijn geweest zou ook Quaedvlieg Juristen, net als DJ&M op dat moment al ter ziele zijn gegaan.

Het Britse handelsregister maakte juist een zeer ingrijpende automatiseringsslag door waarop de systemen van DJ&M moesten worden aangepast, om dat te kunnen doen had de IT man tijdelijk volledig toegang tot alle systemen van DJ&M en daarvan Back-ups in huis, alleen aan dit toeval is het te danken dat Quaedvlieg toen heeft kunnen overleven.

Schikken of Stikken

Sjoerd Vleij en Olaf Strasters sluiten met de belastingdienst een schikking die behelst dat Olaf als directeur af zal treden ten gunste van Sjoerd Vleij, dat vanaf dan BTW zal worden gerekend over de via QJ geleverde vennootschappen en dat, naast alle lopende verplichtingen, € 20.000,- per maand zal worden afgelost op een afgesproken schikkingsbedrag van €480.000.-.

Strasters, die voor deze deal eigenlijk niets voelt, het is hem volstrekt duidelijk dat in een fiscale procedure de belastingdienst geen schijn van kan maakt, wordt door Sjoerd Vleij en de beide fiscaal en juridisch adviseurs van Quaedvlieg, de advocaat Mr. Peter Geervliet en de fiscalist Mr. Paul Reekers overtuigd met de redenering dat de belastingdienst niet van plan is om het tot een procedure te laten komen en dat wanneer Quaedvlieg geen schikking treft de Belastingdienst er bij Quaedvlieg, zoals dat in het jargon van de belastingdienst heet “ de stekker uit zal trekken”.

Woordenwisseling binnen de belastingdienst

In dit verband is opmerkelijk dat de belastinginspecteur, mevrouw Iris Versluis en de belasting-ontvanger, de heer Nieuwendijk hierover een nare woorden wisseling hebben gehad. Oorspronkelijk had mevrouw Versluis een berekening gemaakt dat Quaedvlieg wel € 34.000,- per maand af zou kunnen lossen, de heer Nieuwendijk berekende echter uit eigen beweging, dus zelfs zonder dat Quaedvlieg hem daar om had gevraagd, dat hij hooguit € 20.000,- per maand haalbaar vond omdat Quaedvlieg anders niet zou kunnen overleven, mevrouw Versluis gaf daarop aan de heer Nieuwendijk te kennen dat het ook niet de bedoeling was dat Quaedvlieg zou overleven waarop de heer Nieuwendijk aan mevrouw versluis liet weten dan niet aan de schikking mee te willen werken. Dit laatste is ons door de heer Nieuwendijk gezegd, ik kan mij goed voorstellen dat hij zich, gelet op alle omstandigheden en belangen niet voldoende van het voorval zal herinneren om daar nog over te kunnen verklaren.

QJ komt deze afspraak, zoals zij al haar afspraken altijd na komt ook zonder enige vertraging na tot in november 2012. Gelijktijdig met de invoering van de “flex bv” door de Nederlandse Bank een advertentiecampagne gestart tegen aanbieders van buitenlandse vennootschappen, deze advertenties worden dagelijks geplaatst vlak onder of boven de rubrieksadvertenties die Quaedvlieg dagelijks, op dat moment als enige aanbieder van buitenlandse vennootschappen, in de Telegraaf plaats. Hierdoor zakt de omzet van QJ dramatisch in. De lopende verplichtingen kunnen echter nog steeds probleemloos worden nagekomen.

De afbetaling aan de fiscus kan alleen nog even worden voldaan door in te teren op de inmiddels weer opgebouwde kleine reserve en later door betalingen aan de Engelse leverancier uit te stellen. Sjoerd Vleij neemt, onmiddellijk nadat hij dit beseft, contact op met de belastingdienst om dit probleem te bespreken. De belastingdienst reageert, ondanks dat Sjoerd op de urgentie wijst niet .

De lopende verplichtingen en de afbetaling aan de fiscus worden ten laste van leveranciers en reserve echter nog steeds nagekomen. Sjoerd neemt weer contact op met de belastingdienst, weer zonder effect, de maand hierop blijft Sjoerd de lopende verplichtingen nakomen echter voor de afbetaling is geen geld meer. Dit loopt zo enige tijd door, op een bepaald moment ontstaat er weer wat ruimte en Sjoerd herstart de aflossing echter met een bedrag van € 5000,- dat aan de fiscus wordt overgemaakt. De lopende verplichtingen worden echter wel steeds op tijd nagekomen, alleen de afbetaling heeft Sjoerd dan eigenmachtig, hij moest wel, de belastingdienst reageerde nergens op, verminderd tot €5000,- per maand.

Op een bepaald moment wordt in deze fase, enkele dagen voordat QJ normaliter de lopende verplichtingen BTW, Loonbelasting premies, overmaakt door de belastingdienst weer beslag gelegd op de bankrekening van QJ deze keer voor een bedrag van € 48.000,-. Hierdoor kunnen die maand voor het eerst in het bestaan van QJ de lopende verplichtingen aan de fiscus niet tijdig worden voldaan.

De belastingdienst gebruikt dit bedrag overigens wel om die lopende verplichtingen te voldoen, de hele beslag actie heeft daardoor, behalve enige schade door beslagkosten uiteindelijk geen enkel werkelijk effect.

De belastingdienst neemt, omdat zij kennelijk ziet dat de ondergang van Quaedvlieg op deze wijze maar niet kan worden bewerkstelligd, en de afbetalingen zelfs gedeeltelijk zijn hervat uiteindelijk contact op en stelt een boeken onderzoek te willen houden ten einde de aflossingscapaciteit te kunnen vaststellen en de aflossingsregeling mogelijk te herzien. Het onderzoek vind enige tijd later plaats. Sjoerd geeft bij dit onderzoek aan, te verwachten de lopende verplichtingen probleemloos te kunnen blijven voldoen en ook een bedrag van € 5000,- per maand te kunnen blijven betalen. De omzet is structureel een € 20 tot 30.000,- per maand lager doordat de flex-BV gerelateerde omzet volledig is weggevallen en door de acties van DNB ook de overige omzet is gedaald. verder is QJ kerngezond en kunnen ook de arbeidsplaatsen zonder meer behouden blijven.

Zo gaat de Belastingdienst aan de slag

De belastingdienst zegt met de ingewonnen informatie aan de slag te zullen gaan en laat een aantal weken niets van zich horen.

Op woensdag 16 mei 2012 rijden, zonder enige aankondiging, vier grote verhuiswagens van Euromovers bij het kantoor van Quaedvlieg Juristen aan de Laan van Meerdervoort voor, een aantal deurwaarders van de belastingdienst bellen aan en kondigen aan de hele inboedel van het kantoor van QJ, in beslag te gaan nemen en af te gaan voeren. Als motivering voor het feitelijk afvoeren stelt de belastingdienst bang te zijn dat Sjoerd Vleij zelf de inboedel anders zal afvoeren en geen reden heeft aan te nemen, zelfs te vermoeden dat Sjoerd Vleij niet zal aarzelen deze onder beslag liggende zaken te zullen verduisteren, significant hierbij is dat Sjoerd ook zijn eigen salaris keurig iedere maand heeft kunnen uitbetalen, een koopwoning op een paar 100 meter afstand van QJ heeft, een Lease auto rijdt die vanuit QJ word betaald en dat Sjoerd er dus alle belang heeft bij het overleven van QJ en er mede daarom zorg voor droeg dat elke maand alle lopende verplichtingen keurig werden nagekomen.

Het uit het pand weghalen van de inboedel, met welk doel dan ook zou, beëindiging van QJ betekenen en Vleij dus ernstige schade toebrengen. Er was dus alle reden te bedenken dat Sjoerd Vleij niet alleen niet zou aarzelen om de inboedel te verduisteren maar dat feitelijk zelfs kon worden uitgesloten dat hij dat zou doen.

Het kantoor is rond een uur of vier finaal leeg, zelfs de niet bij Quaedvlieg maar bij de verhuurder, i.c. stichting HJC in gebruik zijnde afgesloten voorkamer wordt illegaal door de belastingdeurwaarders opengebroken en totaal ontruimd. Twee eveneens afgesloten vaste kasten in deze kamer worden eveneens opengebroken en ontruimd. Niets in deze kamer refereert aan Quaedvlieg of de werkzaamheden van Quaedvlieg, niets van wat zich in deze kamer bevind staat op de balans van Quaedvlieg.

Opvallend is ook dat de volstrekt waardeloze en onverkoopbare telefoon toestellen zo’n beetje als eerste worden losgekoppelt en meegenomen waardoor Quaedvlieg Juristen vanaf het moment van de inval telefonisch onbereikbaar is.

Opnieuw geluk bij een ongeluk

Het zit de belastingdienst niet mee, weer heeft Quaedvlieg geluk bij het door die dienst veroorzaakte ongeluk. De volgende dag is het hemelvaartsdag en Sjoerd en de andere medewerkers van Quaedvlieg Juristen hebben die hele dag de tijd om meubilair, een computer en telefoons bij elkaar te zoeken zodat QJ de daarop volgende vrijdag "gewoon" weer open kan en de cliënten, ogenschijnlijk gewoon, geholpen kunnen worden.

Opmerkelijk bij deze gebeurtenis is ook dat de gedwongen verkoop door de belastingdienst minder opbrengt dan de kosten die Sjoerd heeft moeten maken om het kantoor weer provisorisch in te richten en de kosten die de belastingdienst heeft moeten maken om EuroMovers voor deze "spoedklus" in te huren.

Er wordt met de Ontvanger overlegd over het terugkopen van de inventaris, deze wil hiervoor echter geen prijs noemen, omdat de geldmiddelen van QJ door de acties van de belastingdienst weer beperkt zijn wordt, op uitnodiging van de ontvanger op een beperkt deel van de inventaris een bod van €10.000,- gedaan. Dat bod wordt niet geaccepteerd.

Omdat er met de belastingdienst op geen enkele manier goed garen lijkt te spinnen lijkt een faillissement en daarna overleg met de curator, zoals Quaedvlieg dat voor haar clienten zo vaak heeft gedaan, er ligt een zeer solide doorstart plan klaar, de enige oplossing. Zonder de oude vordering van de belastingdienst is QJ immers meer dan kerngezond. Het interieur met de computers kan dan worden teruggekocht, de curator houdt een vinger aan de pols en in overleg met de curator kan aan de enige schuldeiser, de belastingdienst nog een mooi bedrag, of waarschijnlijk zelfs de hele vordering worden voldaan.

Aan de fiscus wordt, nu daarmee niet tot een oplossing kan worden gekomen, gevraagd het faillissement aan te vragen, de fiscus overweegt dit en laat na enige tijd weten dit niet te zullen doen.

QJ vraagt daarom zelf haar faillissement aan, dit wordt in eerste instantie afgewezen omdat een inventarislijst ontbreekt. De minimale inventaris lijst, immers de hele inventaris is door de fiscus afgevoerd, wordt opgemaakt, het faillissement wordt opnieuw aangevraagd.

Terugkopen van de belasting kan, maar alleen met contant geld

De ontvanger houdt, ondanks dat zij weet van de faillissementsaanvraag en de doorstartplannen, een openbare verkoping, namens QJ worden pogingen ondernomen hier alsnog (een deel van) de inventaris terug te kopen, dit lukt echter niet omdat op deze veiling niet per bank, ideal, credit card of op factuur kan worden geboden, een bedrag van waarschijnlijk rond de €10.000,- zal met contant geld sic?, moeten worden afgerekend. Terugkopen lukt hier dus niet. In het zicht van het faillissement wordt QJ hiermee nog verder onttakeld. Als een private schuldeiser, willens en wetens in het zicht van een faillissement inventaris in beslag zou nemen en verkopen zou die in de gevangenis belanden.

Vervelend toeval

Alsof het niet al erg genoeg is, nu pas slaat QJ, en haar medewerkers echt de schrik om het hard, tot curator is benoemd Mr Willem Niellen, werkzaam bij Diepen van der Kroeff advocaten, hetzelfde kantoor als waar Mr. Snouckaart van Schauburg en Mr. Tricomie, curatoren in het faillissement van het door Toinne Manders geleide HJC werkzaam zijn.

Hoewel, het faillissement van concurrent HJC is door QJ en de hare nauwlettend gevolgd, deze benoeming het ergste doet vermoeden, gaat Sjoerd Vleij het gesprek met mr. Niellen zo onbevangen mogelijk in, hij geeft aan een investeerder te hebben die een doorstart mogelijk wil maken en in verband met de continuïteit van QJ het kantoor open te willen houden. Hij geeft daarbij aan dat er een zeer goed doorgerekend plan ligt om door te starten. Ook geeft hij aan dat er een investeerder is die een bedrag van € 80.000,- ter beschikking stelt om het succes van de doorstart zeker te kunnen stellen.

Mr. Niellen meent echter eerst zelfstandig onderzoek te moeten verrichten en vraagt Sjoerd de sleutels van het pand en de lease-auto in te leveren.

Enkele dagen later valt de curator met douane en andere functionarissen op de woonadressen van Sjoerd Vleij en een aantal andere medewerkers van Quaedvlieg Juristen binnen, hierbij worden o.a. z.g. geldhonden ingezet. Behalve een klein plastic tasje met wat oude administratie van QJ bevat wordt er niets gevonden of in beslag genomen dat aan de boedel zou kunnen toebehoren, wel wordt de inhoud van alle aanwezige computers en telefoons “gekopieerd”

De curator laat eindelijk iets horen

Vleij blijft zijn best nog een paar weken doen om met de curator in gesprek te komen, deze beantwoord echter structureel geen e-mail, neemt de telefoon niet op en reageert ook niet op de aangetekende brieven die Sjoerd stuurt. Als Vleij het tenslotte opgeeft en na een aantal weken besluit het initiatief van de curator dan maar af te wachten, een doorstart wordt na zo lang gesloten te zijn geweest steeds onwaarschijnlijker, gaat de telefoon. De curator wil Sjoerd dringend spreken en er wordt een afspraak gemaakt.

Sjoerd loopt enkele minuten voor het afgesproken moment bij de curator in de straat als zijn telefoon gaat. Goedemorgen mijnheer Vleij, u spreekt met de secretaresse van Mr. Goedbloed, weet u wel dat u een afspraak met de curator heeft? Jazeker, ik loop al in de straat. O, eh, tja eh, die afspraak kan dus helaas niet doorgaan.

In mei 2015 komt er bij Ostrea doo in Servie post binnen van de Nederlandse belastingdienst, ondanks dat Ostrea doo een volledig Servische onderneming is en haar cliënten per definitie in Servië of Engeland gevestigd zijn wil de Nederlandse belastingdienst Ostrea in de Nederlandse BTW betrekken. Korte tijd later valt er ook een ambtshalve aanslag in de bus. Ostrea doo tekent daar bezwaar tegen aan. Dat bezwaar wordt korte tijd later gehonoreerd.

Van de curator wordt niets meer vernomen tot 18 augustus 2015 de invallen van de Fiod in Servië, de woning van Sjoerd Vleij, de woning van van Dijk en in het kantoor van VRV advies, het nieuwe bedrijf van Sjoerd, in Den Haag. Met onmiddellijke aanhouding en insluiting van van Dijk en Vleij, het blijkt dat Mr. Willem Nielen, curator in het faillissement van Quaedvlieg Juristen aangifte wegens faillissementsfraude heeft gedaan.

Integrale vrijspraak

Ruim 4 jaar na die invallen in July 2019 komt de zaak eindelijk inhoudelijk voor de rechter en worden zowel Vleij als van Dijk van alle ten laste gelegde beschuldigingen, behoudens het onrechtmatig gebruik van een klantenbestand, vrijgesproken. Zowel Vleij als van Dijk gaan van dit vonnis in hoger beroep en worden door het Gerechtshof Den Haag tenslotte op 6 december 2021 volledig vrijgesproken.

Quaedvlieg Juristen kan eindelijk weer verder.

Ter aanvulling:

Met name de Journalisten Nikki Sterkenburg en Siem Eikelenboom raken kennelijk uit het niets erg geintresseerd in het gebruik van Engelse Limiteds door Nederlandse ondernemers. “Britse-BV vorm snel misbruik” kopt een artikel van Siem Eikelenboom dat op 24 maart 2011 in het NRC verschijnt, Enige tijd later verschijnt een artikel va Nikki Sterkenburg in de Quote dat hier naar verwijst.

De beide artikelen zijn uiterst tendieus, de in de artikelen genoemde cijfers blijken niet gebaseerd op wetenschappelijke onderzoek maar op de inschatting van een aantal curatoren. Ook wordt er in het artikel gesproken over "Quaedvliegjes" als een onder curatoren gekend understatement voor frauduleuze buitenlandse vennootschappen. Van Dijk spreekt alle zes in de betreffende artikelen genoemde curatoren, slechts een van hen heeft inderdaad meer dan een maal, ic twee maal, als curator met een Engelse Limited van doen gehad. Geen van de curatoren zegt de term Quaedvliegjes ooit eerder te hebben gehoord, laat staan te hebben gebruikt, integendeel zij kennen de term uit de artikelen van Siem en Nikkie.

Zonder enige onderbouwing wordt in het artikel gesteld dat de Engelse Limited veel wordt gebruikt voor faillissementsfraude en witwassen. Dit terwijl uit wetenschappelijk onderzoek juist is gebleken dat fraudeurs en witwasswers een duidelijke voorkeur hebben voor de Nederlandse BV omdat zij daar minder mee opvallen. Feit is wel dat de structuren van Quaedvlieg worden gebruikt om legaal belasting te ontwijken en om in faillissements situaties eenvoudiger een doorstart te kunnen realiseren maar dat is geen nieuws dat in de Quote, het NRC of FD hoeft te worden gepubliceerd, dat kon je ook in die tijd al lezen op de website van Quaedvlieg Juristen.

In de tweede kamer worden opnieuw, net als bij de totstandkoming van de Wfbv, vragen gesteld over het mogelijk frauduleuze gebruik van Limiteds, uit de beantwoording blijkt dat bij Engelse Limiteds niet vaker sprake is van frauduleus gebruik dan bij andere vennootschappen. Dat lijkt ook logisch, wie frauduleuze plannen heeft voert die uit met een zo onopvallend mogelijke vennootschapsvorm, in Nederland is dat de BV. Niet te achterhalen lijkt wat de beide journalisten ooit heeft getriggerd tot het schrijven van de artikelen, van Dijk doet hier onderzoek naar, hij vermoedt een verband met het beleidsplan aanpak Euro-BV.

(aanvulling februarie 2021) Nikkie Sterkenburg heeft inmiddels een topfunctie op het ministerie van justitie. (aanvulling November 2024) Nikkie is inmiddels gepromoveerd tot Dr. en bijzonder hoogleraar onderzoeksjounalistiek aan de VU. Syp Wynia reageerde op haar proefschrift en legt daarmee perfect bloot hoe Nikkie tot haar artikel over Quaedvlieg is gekomen. Onderzoek 7 Limiteds die failliet zijn gegaan en ondervraag de curatoren, bekend is dat curatoren er van uitgaan dat bij 70% van de faillissementen van BV's sprake is van enige vorm van fraude.

Corrupte curator
WOB Beleidsplan Aanpak Euro-BV
WOB Aanpak HJC en QJ
BFT
Artikel Opportuun mannen opgepakt in Den Haag en Servie
Artikel Nikkie Sterkenburg, Quote
Artikel Siem Eikelenboom